woensdag 16 november 2011

Gemis

Naarste momenten: Wakker worden, waarna het een paar minuten duurt voor het tot je doordringt ('er was iets' 'ja, maar wat?' 'owja...ik ben alleen'). Snel uit bed springen na een uur talmen om niet naar de lege plek naast je te hoeven kijken. Op het werk: er moet te veel maar niks lukt, niks komt af, niks heeft zin en het enige wat je kan is afleiding zoeken, op je kiezen bijten en proberen niet constant in huilen uit te barsten. 's Avonds thuiskomen. De gordijnen sluiten. Schoon moeten maken, op moeten ruimen, en het voelt allemaal zo nutteloos. Goede momenten. Sommige zelfs stiekem best heerlijk: Echte vrienden. Wat heb ik er veel. Wat kunnen ze me echt opvrolijken. Wat kunnen ze me goed verdrietig laten zijn. <3 Een jurkje aangesmeerd krijgen van een vriendin, en terecht, beste LBD ever! De blikken van alle mannen op het feestje daarna. Awesome. Gedwongen worden tot eten, broodjes, koffie, soep. EFJEN! Je moet nog twee happen! Zoveel zorgzaamheid.... Vioolspelen. Zelfs als is het in een koude kerk met een vreselijk koor. Biertjes, midden in de nacht met '1 bier, 1 spa rood' met superinteressante mensen aan de praat raken. Diepgaande gesprekken. Opeens iemand beter leren kennen die je toch al 8 jaar kent. Mensen die voor je koken. Die dat ook blijven doen. Tot midden in de nacht steeds harder grinnikend op de bank bij een vriend samen proberen te werken. En thee drinken. En slapstick humor. Nutteloos gezwets, afgewisseld met (wederom) iemand beter leren kennen. Je veilig voelen. Je schoonzus, nu niet langer schoonzus, die je altijd mag bellen. En die je prima snapt. En je niet in de steek laat. Nieuwe afleveringen van je favoriete televisieseries en daar opeens weer zin in hebben. Boeken. En zo kan ik best nog even doorgaan. Waarmee het lijstje met goede momenten langer is dan het lijstje met nare momenten. SCORE!

maandag 7 november 2011

Sloot

Je hebt een traan gelaten. Je hebt haar handen omklemd en met een steek het gemis gevoeld. Je hoofd was al bij de deur zoals in dat stomme liedje van Blof. Je zag wat je had aangericht, voelde je verdomme nog schuldig ook en toen ze alles tien keer had gezegd, en begon te smeken, wilde je weg. Je bent gebleven tot je niet meer kon, tot je niks anders meer kon dan heel hard wegrennen. Je hebt op je tanden gebeten, diep gezucht, bent niet weggerend maar hebt haar nog snel omarmd, vlug weer losgelaten, je had al afscheid genomen, je mist haar nu al minder.
Je bent naar de kroeg gefietst, waar je opgelucht lachend binnen kon lopen, kon vragen om een glas bier, kon vragen om vanavond eens flink door te schenken. Dat had je verdiend. Je hebt gelachen en gepraat, vooral in het rookhok gestaan, meer bier, verdoving, vrolijkheid, en om 4 uur was je toch wel een beetje misselijk. Je hebt twee colaatjes gedronken en hebt je tassen gepakt, je fietstassen volgeladen en bent gaan fietsen. Gelukkig weinig verkeer om half 5 's nachts. Lekker naar huis, naar je bed, duizelig van het bier maar ook licht vanwege de last die nu van je schouders is.
Halverwege je route langs het spoor val je opeens bijna in slaap, en voor je het weet sta je tot aan je nek in het kroos.

Het eerste wat ik lees op Facebook de volgende ochtend is je vrolijke verhaal over je duik in de sloot. En opeens weet ik het dat het echt zo is: je komt niet meer terug. En nu kan ik niet meer stoppen met huilen.